Het volgende dier van de 4 dieren in Biodanza dient zich aan. Het voelt zich als een vis in het water. Dat komt omdat het afstamt van dezelfde voorouders als de Walvis. Er zijn beelden van het Nijlpaard waarin het in gallop door het water gaat, waarin het dezelfde gestroomlijnde bewegingen maakt als een walsvis. De Latijnse naam: Hippopotamus betekend: rivierpaard. Ze kunnen uren genieten van in het water staan. Want nijlpaarden drijven niet, daar zijn ze te zwaar voor. Ze moeten constant in beweging blijven. Daarom passen ze ook zo goed in Biodanza: Ze genieten in de stroom.
Nijlpaarden leven altijd in kuddes bijelkaar en leven van de waterplanten. Meestal kun je ze vinden in een ondiepe rivierdelta. Daar kunnen ze uren staan met hun neus net niet boven, net niet onder water. Eigenlijk kunnen ze zo uren slapen: ze blijven dan wel 5 minuten onder water en tillen in hun slaap even hun neus op om te ademen. Eigenlijk kunnen we ze wel een beetje met een baby in de baarmoeder vergelijken. Meestal volop eten, zodat ze lekker hun buikje rond kunnen eten, altijd lekker warm water om je verwarmd en geborgen te voelen. En altijd je familie bij je, zodat je altijd beschermd voelt in de omgeving. Geen wonder dat ze een symbool van het dier zijn geworden dat verband houdt met genieten.
Genieten zit verscholen in de lijn van seksualiteit. Daarin hebben we het over bovenstaande eigenschappen die het nijlpaard of Hippo omgeven. Op de ongedifferentieerdheid van de lijn van seksualiteit, daar ligt de nadruk op. Nijlpaarden zwemmen en staan in de overgave, ze genieten van de overvloed. Door het water en het lekkere eten is het cenestetisch plezier alom. Met sinueuze bewegingen gaan ze door het water, sterk vertraagd: loom en sloom stappen ze door de overvloed aan waterplanten. Het is een expressie van levenslust die lange tijd aanhoudt. De energie die door onze venen stroomt en ons continue een fijne tinteling geeft. Het is een innerlijke beweging, zinnestrelend een motivatie om te leven.